In haar grote zelfverwijt werd Nina de speelbal van Poseidon, de woeste god van de zee en de oceaan, die haar heftig op en neer zwiepte met zijn golven. Het begon heel innocent. Toen ze stomend op stoep stond, belde zij Domenica die nog snel de laatste beelden selecteerde voor de krant. Het verwondert mij dat Eufrosien niet koos voor het verhaal van Nikki, maar excuseer, driemaal excuus, die gedachte is hier echt niet op zijn plaats. Natuurlijk had de vriendin paardenmiddelen in de aanslag die de avond alsnog zouden redden. Nina voelde zich bevrijd toen Nikki binnenkwam met een flinterdun plastic zakje waarin scheef een fles rum en wat blikjes coca cola. Ze vertelde, toonde haar tekeningen, en nam Nikki“s complimenten gretig aan. Toen ze begon uit te weiden over John en het plein, serveerde Nikki haar eerste cuba libre. Ze reikte Nina het glas en zweerde dat de wereld wemelt van het schoon mannelijk ras en dat het hoogdringend tijd was voor een ander exemplaar. Met een toast legde Nina haar hart in dat van haar vriendin. Nog geen twee uur later volgt Nina de vrolijke paardenstaart door de deinende massa in Café Central. Zwoele bassen slaan als krachtige golven op haar schouders neer. “Met D-Geranium lukt het altijd,' gilt Nikki. Nina werpt haar een vurige blik toe. Tussen ruggen en borsten schragen ze zich een weg naar de dansvloer achterin. “If you follow the sound, we will all be in the same room!” De woorden gieren door de speakers. Opwinding raast door hun jonge lijf. Ze laten zich voeren. In de wolk van de muziek voelen ze zich op hun schoonst. Heup aan heup draaien ze in het rond. Salsa op D&B. “Nog één draai,' gilt Nikki in Nina“s oor, “en dan drinken! Ik heb dorst!” Nina knikt en ze grijpen elkaars hand. Ze wiegen en versnellen. Ze tollen in het rond. Een paar keer en dan bollen ze hijgend uit. Ho, wat spijtig dat jullie stoppen met die vreugdedans, roept een jongen bij de toog. Mag ik jullie een drankje betalen voor dat sprankelend spektakel? Zijn ogen staan wat kaduk, een beetje leeg, maar ondanks dat, ziet hij er lang niet zo slecht uit. Dik donkerblond haar hangt uitnodigend langs zijn wang. En zijn bril heeft ook wel iets. Het montuur is ravenzwart. “Die heeft zich voor deze avond een brilletje opgetekend,' grapt Nina achter haar schouder. Met een glimlach vraagt ze hem twee spuitwaters. Spuitwaters? Ontgoocheling ligt in zijn blik. Mag er niet een ietsiepietsie van wat roesmakerij bij? De jongen krijgt zijn zin. Met een genereus gebaar zet hij twee caipirinhas voor de danseresjes neer. “En wat denk je? Is hij Pitcho?” roept Nikki in Nina“s oor. Nina lacht en daarmee kent Nikki het antwoord al. Pitcho is hun codewoord voor een jongen die ze wel smaken kunnen, want Pitcho uit Schaarbeek vinden ze allebei de mooiste jongen van de stad. “Enjoy!” roept Nikki, ze geeft Nina nog een zoen op haar wang en verdwijnt dan in de mensenzee, de caipirinha als een bruidsschat met zich mee. Nina zweeft. Nikki heeft het altijd bij het rechte eind, dat denkt ze terwijl ze de schouders scant van de man. Er loopt inderdaad veel schoons op deze wereld rond. Bij het tweede glas cachaça is ze al verkocht. Hij tekent ook en het kan toch geen toeval zijn dat ze kiezen voor hetzelfde type potlood - alleen Derwent voor wie er iets van kent. Bovendien heeft hij zelf al een kortverhaal verstript, en niet voor eender wie, maar voor De Bezige Bij, de standaard van het beeldverhaal. Manna is hij. Zoals een spin een web weeft rond haar prooi, zo weeft Nina haar woorden, lichte aanraking en verliefde blikken rond de jongeman. Diep in de nacht kussen zij, dronken van begeerte en roesmakerij. De jongen volgt Nina giechelend naar haar huis. Zo lekker, zegt hij, dicht tegen haar op straat. Zo lekker, zegt hij wanneer ze naakt voor hem staat. Zo lekker, herhaalt hij in elke toonaard, zo lekker en zo lang tot hij klaar komt en in een beweging door het bed verlaat en doorloopt naar het toilet in de gang. Nina gelooft haar ogen niet. Onderweg naar haar huis leek het wel alsof hij voor haar elke ster van het gewelf bezingen zou. Smoorverliefd dacht ze dat de jongen op haar was. Plat voorover aan haar voeten, een jonkheer die haar naar het paradijs zou voeren. Versuft ligt ze daar nu heel ver vandaan. Hij vraagt haar niet eens of er misschien iets scheelt. One night stands zijn van nature altijd slechte seks, daar moet je vanuit gaan, dreunt de stem van binnenin. Met een sigaret tussen zijn lippen loopt de man rustig naar het salon. Hij neemt er zijn tijd, gaat in de sofa zitten en switcht de hifi aan. Verdorie, gast, dit is wel mijn eigen huis! vloekt Nina bij zichzelf. Je hebt mij geconsumeerd. Als je denkt dat zoiets zomaar kan. Voor wat hoort wat. Strijdlustig snoert ze haar kamerjas aan. Op fluwelen pootjes en met een opgeheven staart loopt ze langs hem heen en springt dan behendig op zijn schoot. “Wil je nog een glaasje spuit? Een tasje thee? Of rum?” Hij grijnst. Die denkt dat hij zowat alles van haar krijgt. “Ik geef je een glaasje rum als je naar mijn stripverhaal kijkt.” Dreigend schraapt ze met haar pink over zijn rug. Met de ernst van een leraar opent hij de map. Pagina na pagina gaan onder de loep. Op het einde bladert hij met grote snelheid door. Kurkdroog geeft hij haar zijn commentaar. Tekenen kan ze wel, vindt hij, dat is al positief. Maar in dezelfde volzin voegt hij toe dat de indeling van de pagina“s toch zo arm is, ouderwets zelfs, niemand die dat tegenwoordig nog zo doet. Bovendien zit het met de vluchtlijnen ferm mis en kent ze van compositie helemaal niks. En de achtergronden zijn niet uitgewerkt, vindt hij. Het ding mist details, sfeerschepping en een ziel. Na die bekentenis veert hij recht en loopt naar het bed. Hij trekt zijn t-shirt aan, zijn jeans, zijn schoenen en zijn jas. Met felle rukken knoopt hij dicht wat hij dicht knopen kan. Versteend blijft Nina bij haar bundel vrouwen zitten. Wanneer hij weer voor haar staat, snokt hij aan zijn riem, kijkt haar ten slotte aan en spreekt haar wild toe. Hij weet niet wat hen vrouwen van vandaag bezielt. Bloedmooi zijn ze, vindt hij. Zij hebben het geluk, ze kunnen alles doen, niets staat hen in de weg, en toch moet hij toezien hoe elk van hen het op haar manier verfuckt. Nina vraagt zich af wat zij toch heeft misdaan en welke andere vrouwen als beklaagden naast haar staan? Het lijkt wel of hij haar gedachten heeft gehoord. Briesend bekent hij dat hij onlangs nog neukte met een vrouw. Bloedmooi was ze en zo geil als een hete merrie. De hemel had hij met haar gezien. Voor haar had hij zijn leven echt wel willen geven. En dan vertelt die merrie hem zomaar langs haar neus weg dat ze heeft gekozen voor een steriele lichamelijkheid. Nog geen dertig was ze, intelligent, gezond, vrolijk. En gesteriliseerd! En vandaag moet hij ontdekken dat Nina de hand slaagt aan zichzelf, dat ze zich mu-ti-leert. Zichzelf én andere vrouwen. En daarmee moeten zij mannen het dan maar doen. Met hun soort vrouwen! In deze wereld! Zij als mannen! Nina wilt iets zeggen, maar hij staat al bij de deur. Met de deurknop in zijn hand spuit hij nog een laatste dosis gif de kamer in. Zo“n strip wil niemand! En hij weet hoe het gaat, hij is een professional. Op de l van professional smakt hij de deur hard dicht. Nina hoort hem stommelen op de trap. Ze zoekt naar het gebruikte condoom en spoelt het door in het toilet, zich onderwijl excuserend bij de rioolvegers van de stad. In de keuken steekt ze een sigaret op en staart naar de fles rum. Dapper beslist ze om die niet leeg te drinken. In plaats daarvan wil ze overzien wat zonet is gebeurd. Drie elementen zijn van belang. Vooreerst, de jongen heeft het moeilijk met zichzelf en de wereld, dat zie je zo. Zijn laatste woorden over mutilatie en verfuckte vrouwen gaan dus niet over haar. Ze maakt een stevige deuk in het lege blikje van Nikki en schuift het naar de linkerhoek bij het fruit. Maar dat ze zijn ongenoegen helemaal niet heeft opgemerkt, de hele avond lang niet, dat vindt zij ongehoord. Even geloofde ze zelfs dat hij de man was van haar leven, alles erop en eraan, inclusief een uitgever. Gezonden door het lot. Benauwd krijgt ze het van die gedachte. Gevoed was ze door haar dagdromerij, door de honderd beeldverhalen die ze gretig heeft geloofd, door haar obsessieve wens om John te vergeten en om van de stripkunst te kunnen leven, hier en nu, zo meteen. Maar in het echte leven loopt het nooit zo lineair. In het echte leven krijg je geen cadeaus, je moet er zwoegen en hard werken en het maar uithouden. Ze schudt de laatste druppel uit het glas dat Nikki haar had aangeboden. Door de dikke bodem lijkt haar pak tabak tot de helft gereduceerd. In plaats van jeugdig gras is het nog maar flauw groen. Hoe verkeerd kan je de wereld soms toch zien. Automatisch grijpt ze weer naar de fles. Bij de draaidop twijfelt ze. Er is nog een derde element. Dat is zijn kritiek op haar beeldverhaal, de blik van de man die een eigen creatie heeft bij De Bezige Bij. Haar vinger glijdt naar het etiket. Bacardi superior, casa fundada en cuba, dezelfde soort fles die ook Vokke in zijn kast bewaart. Dit is het standaardmerk, zo zou hij declameren, hier kan je op vertrouwen. Het is de norm voor kwaliteit. Zijn levensvisie heeft haar Vokke uitgebouwd op dat vaste geloof in een standaard en een merk. Ga die kant niet op! Denk niet verder na! Drink nu maar gewoon teveel! Nina legt haar hand rond de fles, maar in plaats van te schenken, rust haar kin op de dop. In die geste groeit haar overtuiging dat haar Vokke wel gelijk heeft, hij heeft zijn leven ten slotte gemaakt. Ogenschijnlijk rustig is hij, door het dorp gerespecteerd. Stabiliteit straalt hij uit, aanzien wekt zijn bedrijf, comfort schenkt hij zichzelf en zijn vrouw. Zijn kinderen betaalde hij hun studies en straks geeft hij hen nog een huis cadeau. Als zij die rum nu maar eens met andere merken vergelijken kon! Met het respect voor de methodiek van Vokke groeit haar geloof dat de man die last heeft van zichzelf en die net haar deur dicht smakte, op één punt wel gelijk moet hebben, enkel en alleen omdat zijn boek in de collectie van de standaard zit. Hij is de standaard. Ze kan misschien wel tekenen, maar al de rest zit fout. Zoiets zien haar vrienden niet, zeker Nikki niet of Jeanne. Op de koop toe heeft hij slechts bevestigd wat Filip al eerder in haar leven had vastgesteld. De herinnering aan de tekenleraar in de school aan het begin van de zomer komt zo heftig op, dat ze alsnog de dop losschroeft en de fles gulzig aan haar lippen zet.